Chemin de Fer du Vivarais

La Chemin de Fer Départementaux l’Ardèche et la Haute-Loire (CFD)

Het spoorwegnetwerk van, wat later werd, La Chemins de Fer Départementaux l’Ardèche et la Haute-Loire (kortweg CFD) werd in de 19e eeuw gezien als van algemeen belang. Met de inzet van krachtige gelede Mallet-locomotieven, bouw van prachtige stations en comfortabele personenrijtuigen op draaistellen. De aanleg van dit spoorwegnetwerk werd aangekondigd in het Staatsblad van 18 juli 1879. Voor een concessie voor de aanleg en de exploitatie viel de belangstelling tegen. Uiteindelijk gebeurde dit door de departementen van Ardèche en de Haute-Loire. De aanleg had plaats tussen 1891 en 1903, als meterspoor. Dit type smalspoor werd gezien als uitermate geschikt voor dit dunbevolkte en zeer heuvelachtige gebied. Het totale netwerk zou uiteindelijk 201,2 km lang worden en de departementen van de Haute-Loire en de Ardèche besteden er alle zorg aan.

De dikke zwarte lijnen zijn van het smalspoornet La compagnie de Chemins de Fers Départementaux l’Ardèche et la Haute-Loire

In 1890 werden de eerste trajecten geopend. Begin 1900 werd het net uitgebreid met een drietal trajecten, die het netwerk tot 1 geheel maakten. Omdat deze trajecten zich in gebieden met verschillende hoogtes en een moeilijke topografie bevonden, moesten aanzienlijke natuurlijke geografische obstakels worden overwonnen. Er talrijke kunstwerken worden gebouwd.

Aanlegfase 1
Lavoûte-sur-Loire – Yssingeaux22,1 km9 november 189028 februari 1952
Tournon – Lamastre32,6 km12 juli 189131 oktober 1968
La Voulte-sur-Rhône-Le Cheylard47,5 km13 september 189131 oktober 1968
Aanlegfase fase 2
Le Cheylard – Yssingeaux, via Saint-Agrève64,9 km1902 en 190328 februari 1952
31 oktober 1968
Lamastre – Le Cheylard19,6 km11 juli 190331 oktober 1968
Raucoules-Brossettes naar Dunières9,9 km21 september 190231 oktober 1968
Bron:wikipedia

Het spoorwegbedrijf CFD werkte volledig onafhankelijk en had vele kunstwerken te onderhouden: bruggen, viaducten en tunnels. In de hoogtijdagen waren er meerdere lijnen: de 109 km lange hoofdlijn, die La Voulte-sur-Rhône met Dunières verbond. De 53 km lange zijlijn die Tournon met Le Cheylard verbond. En de zijlijn van Raucoules naar Lavoûte-sur-Loire met een lengte van 40 km. Het spoorwegbedrijf functioneerde zonder grote problemen. De hoogtijdagen waren van 1938 tot 1955. Met bijna 100.000 ton goederen en een miljoen verkochte tickets. De 030+030T of 020+020T Mallet-locomotieven kwamen uitstekend van pas in dit gebied. Op 31 oktober 1968 was echter het einde. De hoornsignalen van de in de jaren 30 aangeschafte automotrices van Billard en De Dion Boutton klonken niet langer.

Van dit smalspoornetwerk resteren nu nog twee toeristische lijnen; de Mastrou: Chemin de Fer du Vivarais (CFV) tussen de stations Saint-Jean de Muzols en Lamastre in de Ardèche en de Velay-Express tussen de stations Saint-Agrève (Ardèche) en Raucoules (Haute-Loire). Meterspoorlijnen zijn overigens ook elders in Frankrijk nog te bezoeken, zoals op Corsica en de spoorlijn Nice-Digne.

Le Mastrou, Chemin de fer Vivarais (CFV)

De oorspronkelijke smalspoorlijn liep tussen Tournon, in de Rhônevallei, en Le Cheylard. Met een lengte van 42,2 km. Bij het station van Tournon-sur-Rhone kon men overstappen van normaalspoorlijn langs de Rhône op de smalspoorlijn van La Chemins de Fer Départementaux l’Ardèche et la Haute-Loire (kortweg CFD) naar Dunières. Dit baanvak werd geopend fase 1 op 12 juli 1891 en fase 2 op 11 juli 1903. En sloot op 31 oktober 1968. In het jaar daarop werd het traject langs de rivier Doux vanaf Tournon naar Lamastre over een lengte van 33 km heropend als museumlijn door de nieuw opgerichte Chemin de Fer du Vivarais (CFV). In 2008 werd de exploitatie opgeschort door een gebrek financiën voor onder meer de reparatie van de stoomlocomotieven. En werd de lijn van overheidswege gesloten. In 2013 keerde de stoomtrein Le Mastrou terug op het traject Saint Jean de Muzols (net buiten Tournon) – Lamastre. Over een lengte van 28 km zijn de treindiensten hervat. Nog steeds kan met met deze museumtrein een rit maken.

de trein van de CFV op het hoofdspoor van de SNCF

Navolgende super 8 film over de Chemin de Fer du Vivarais CFV dateert uit 1981.

 

het station van de CFV in Tournon met rechts in de schaduw een autorail; het stationsgebouw van Tournon-sur-Rhone is nog steeds aanwezig, maar heeft in de loop der tijden zijn betekenis verloren.
de autorail Billard A80D no 316 tijdens een tussenstop bij een van de stations tussen Tournon en Lamastre

De Chemin de Fer du Vivarais (CFV) beschikte in haar hoogtijdagen over vijf Mallet tenderlokomotieven. Ook reden er twee Billard A80D en twee A150D railbussen met drie bijbehorende aanhangers, z.g. remorque’s, van het type R210. Al deze railbussen dateren uit de eind jaren 30. En zijn gebouwd voor de CFD. De personenrijtuigen kwamen van diverse andere, toen reeds opgeheven smalspoorlijnen. In Tournon werden de Mallets onderhouden in een dubbele locloods. Naast de locomotievenloods stonden, gedeeltelijk overdekt, wagons in verschillende stadia van afbraak en opbouw. Een oud dienstgebouw werd voor opslag gebruikt. Een draaischijf, watertoren en kolenbunker maakte het geheel compleet. 

het depot van de CFV met twee Mallet stoomlocomotieven

klaar voor vertrek uit Tournon

De railbussen stonden, als er geen dienst was, in Lamastre samen met een flink aantal goederenwagons. Hier was onder een dekzijl ook een autorail  DeDion Bouton type OC1 uit 1935 te vinden. Een dergelijk type is nu weer bedrijfsvaardig bij de Association des Chemins de Fer des CôtesduNord.

Een historische rit met Le Mastrou van de Chemin de Fer du Vivarais

Tot 2008 vertrok in het zomerseizoen dagelijks een stoomtrein uit Tournon naar Lamastre. Deze bestond uit 10-14 wagons getrokken door een Mallet stoomlok. Vertrek was om 10.00 uur. Direct na het verlaten van het station voegt het meterspoor zich in het normaalspoor van de SNCF en duikt twee tunnels in waarvan de langste ruim 400 meter is. Daarna wordt met behulp van een stalen brug de rivier de Doux over gestoken. Kort daarna gaan het normaalspoor van de SNCF en het meterspoor van de CFV weer uit elkaar en werd de reis voortgezet door het schitterende dal van de Doux. Op hellingen van de spoorlijn zwoegt de Mallet langs bergwanden naar boven waarbij regelmatig met stenen boogviadukten de rivier overgestoken werd naar de andere oever.

onderweg met de museumtrein

Na een adembenemende tocht door de Gorge du Doux werd Colombier-le-Vieux bereikt. In deze plaats, of in het iets verderop langs de lijn gelegen Boucieu le Roi, wordt gestopt om de lok water, en de passagiers iets anders in te laten nemen. Ook staan op deze halteplaatsen wat kraampjes waar je je tegoed kunt doen aan de streek lekkernijen. Na een half uur wordt de tocht vervolgd.

station Colombier-le-Vieux, soms wordt hier gestopt om water te nemen

station Boucieu le Roi, plek en meeste tijd om water te nemen; met kasteel met daarachter het niet zichtbare dorp op de achtergrond

Het landschap wordt daarna meer open. Tenslotte werd na een reistijd van 2 uur Lamastre bereikt. Omdat de loks altijd vooruit rijden werd hij hier ontkoppeld, met de hand op een draaischijf gekeerd, van water en kolen voorzien en weggezet tot na de lunch. Zoals bekend is deze in Frankrijk tenminste 2 uur.

aankomst van de toeristentrein in Lamastre in 1981

het draaien van de stoomloc op de draaischijf vereist behoorlijk wat spierkracht. linksboven ligt nog een gedeelte spoor met brug over een beekje naar het vervolg van het niet meer bestaande gedeelte  van de smalspoorlijn  

een autorail type De Dion ND wacht op passagiers

De nieuwe start van de CFV

Het traject St-Jean-de-Muzols – Lamastre is al weer heel wat jaren in gebruik als museumspoorlijn. Dit na een grondige revisie van de lijn en het rollend materieel. Er zijn twee type Mallet stoomloks nummer 403 en nummer 414 beschikbaar. .

Mallet stoomlocomotief van de CFV

Er wordt gereden met een autorail  Billard A80D gebouwd in 1937. In het zomerseizoen 2013 reden, afhankelijk van de dag van de week, de volgende treinen: 1. Le Train des Gorges : Gare de St-Jean-de-Muzols – Colombier-le-Vieux – Saint Barthélémy le Plain, met de stoomlok type Mallet en panorama rijtuigen. 2. Le Mastrou : Gare de St-Jean-de-Muzols – Lamastre met met de stoomlok type Mallet. 3. L’Autorail du Marché : Gare de St-Jean-de-Muzols – Lamastre met de autorail Billard A80D.

Automotrice Billard A80D van de CFV

Van deze museumspoorlijn zijn vele filmpjes verschenen. Enkele daarvan zijn onderstaand te bekijken.

Deze museumspoorlijn is gemakkelijk te bezoeken. Een stop vanaf de Autoroute du Soleil naar Tournon is meestal wel in te plannen. Afslag Tain L’Hermitage/Tournon aanhouden.

Colofon

De tekst op deze bladzijde is van Jan van Munster en Hans Peters. De foto’s zijn van Hans Peters.